Wandelen en ontmoeten

29 augustus 2018 - Campagnano di Roma, Italië

Vanmorgen bij het ontbijt in hotel Sutrium in Sutri onmoetten we al vroeg Margreet en Thirza.  Margreet en ik feliciteerden elkaar met Ajax, dat zich gisteravond geplaatst heeft voor de groepsfase van de Champions League. Ons gesprek ging al gauw over op de route van vandaag naar Campagnano di Roma. Thirza tipte ons vooral niet de Etrurische graven en het Amfitheater te missen. Dat gebeurde nog bijna omdat we langs een andere weg afdaalden van het op een heuvel gelegen Sutri naar de erlangs lopende verkeersweg, de ... Via Cassia.

Bij de eerste rij graven ontmoeten we Tim en Paul, een Engelsman en een Amerikaan uit Californie, lopend sinds 28 mei vanaf de woonplaats van Tim, die 8 dagreizen voor Canterbury ligt. Curieus was, Margreet en Thirza stonden er bij, dat laatstgenoemden deze twee mannen eerder hadden ontmoet in Besancon, en dat ze elkaar daarna tot vandaag niet meer gezien hadden! We bekeken de graven van de Etrusken en het helaas afgesloten amfitheater, en pikten de route op, waarbij we vemeden langs de Via Cassia te lopen. Van het lopen langs drukke verkeerswegen heeft met name Johanna, na eerdere ervaringen, haar bekomst. Dan maar liever wat meer kilometers lopen en de ter plaatse aangegeven route volgen! Na veel agressief hondengeblaf een een stukje lopen langs een wat rustiger asfaltweg, kwamen we op een mooi zandpad tussen hazelnootplantages door. We zagen veel hazelnoten op de grond liggen en vroegen ons af of deze nog geoogst gaan worden.. Hoe gaat dat oogsten in zijn werk? We zijn een paar dagen te vroeg om daar het antwoord op te vinden. Na een watertappunt bij de ingang van een majestueus golfcomplex (volgens een bord was hier de nationale golfschool), met het ene na het andere biljartlaken, kwamen we in het stadje Monterosi, na 10 kilometer lopen. Wat zo sympathiek is van dit dorpje is, dat je niet lang hoefde te zoeken naar een barretje. Het pelgrimslogo van de Via Francigena was al van veraf te zien! Op het terras leek het wel een reunie. David zat er, en de Duitse Franceska, en later kwamen Margreet en Thirza erbij, zo was het clubje met wie we gisteravond in Sutri gezellig hadden gedineerd weer compleet. Maar ook waren Tim en Paul er, Paul zelfs twee keer omdat hij vergeten had te betalen en daarvoor weer terugkwam.

Zo gingen we om 11 minuten over 11 op weg voor het tweede deel van onze wandeling. Het lijkt wel carnaval, zei Johanna. In het dorp stopten we nog even bij de Farmacia om een nieuwe voorraad magnesiumpillen te kopen, vanwege de kramp in mijn handen ‘s avonds, wat zo lastig is als je je vlees wilt snijden of een ijsje naar binnen wilt lepelen. Min of meer bewust wijken we af van de route van Teunissen en volgen de borden van de officiele Via Francigena. Die voert ons weg van verkeerswegen en laat ons een kilometerslange, maar wel mooie omweg langs en over de Monte Gelato volgen, met een mooie waterval en rustige paden en wegen. Wel wordt het steeds heter, en in de buurt van een aantal paardenhouderijen weten de muggen behalve de paarden ook ons goed te vinden. Voor het eerst sinds een week naderen de temperaturen de 30 graden, en dan besef je ineens hoe we deze laatste week geboft hebben met het koelere weer. Mijn twee kleinste tenen aan de linkervoet laten zich goed voelen, ook al zijn ze al dagen met gaas ingepakt. Ergens zit een flinke likdoorn, maar ja, die moet maar wachten tot na onze thuiskomst straks.

Onderweg is er de laatste dagen ook ruimte voor Johanna en mij om elkaar te ontmoeten. We benutten de rustige wandelingen om met elkaar onze tocht tot dusverre te evalueren en te bespreken hoe we onze toekomst na Rome gaan invullen. Dat doet ons allebei goed. Er is niet alleen een hier en nu, maar ook een straks!

Net toen we aan ons in een dalletje afvroegen wanneer er ooit een eind aan deze dagreis zou komen, we waren inmiddels al ver over de door Teunissen voorspelde 22 kilometer heen, doemde het stadje Campagnano di Roma voor ons op, alweer hoog op een heuvel gelegen. Puffend na de laatste beklimming schoven we bij een bar op het dorpspleintje aan bij David, die al met een birra grande voor zich zat (die zijn hier maar liefst 66 cl). Goed voorbeeld deed goed volgen, zij het dat Johanna het hield bij twee keer een Lemon Soda met ijs. Terwijl rondom ons een feestelijke omgeving werd opgebouwd, raakten wij gedrieen in gesprek over onze ervaringen tijdens onze lange tocht. Ook David was immers in Canterbury gestart. Het is bijzonder hoe onze gevoelens en indrukken overeenkomen over wat het pelgrimeren voor ons heeft ingehouden. Johanna geeft er blijk van nog een antwoord te zoeken op de vraag of ze tevreden is over wat de tocht heeft gebracht. Misschien kun je dat inderdaad pas achteraf zeggen.

We lopen door de hoofdstraat met een braderie-in-opbouw richting ons hotel. Bij een barbieri zien we een programma, het is vandaag, 29 augustus, het feest van Johannes de Doper, de beschermheilige van de stad. Barbieri, is dat niet iets met een baard? Met een bierkegel en bezwete wandelkleding stap ik naar binnen, en de kapper verblikt of verbloost niet als hij, onder regie van Johanna, mijn weer veel te lange baard weet terug te brengen tot beschaafde proporties, en dat allemaal voor 5 Euro! ‘k Heb er maar een fooi bij gedaan. Eenmaal in de hotelkamer ben ik na het douchen een uur kwijt in mijn geheugen. Volgens Johanna schijn ik dat gevuld te hebben met veel gesnurk, van het biermerk Peroni.

Het is inmiddels half zeven als we het geluid van een muziekkorps horen. Met de muziek mee lopen we naar het dorpsplein waar we op hetzelfde terras als vanmiddag de medepelgrims Tim, Paul en David aantreffen, achter alweer twee grande en een piccolo birra. Ze nodigen ons uit erbij te komen zitten. Ik blijf niet achter en bestel mijn tweede Peroni van vandaag. Johanna kiest voor een Spritz, een Italiaans cocktaildrankje met Aperol of Campari erin. Alweer vallen we midden in een evaluerend gesprek, Tim en Paul zijn immers ook vanuit Engeland vertrokken. In vogelvlucht lopen we heel Frankrijk, Zwitserland en Italie door, en verbazen we ons met elkaar over de hulpvaardigheid die we onderweg van zo veel mensen hebben ondervonden. Paul, Johanna en ik raken in een diep gesprek over het leven, onze motieven voor pelgrimeren en wat het je rijker maakt. Voor Paul is het meest kenmerkende van pelgrimeren, dat je onderweg zo veel waardevolle ontmoetingen met mensen hebt. Paul vertelt dat hij 62 is en een tijdje geleden bewust gestopt is met werken om dingen te doen in zijn leven waar hij altijd van had gedroomd. Het overlijden van David Bowie en andere door hem bewonderde leeftijdgenoten had hem wakker geschud; niet iedereen wordt zeventig en kan dan nog van alles. Het inkomensverlies door een vervoegd pensioen neemt hij dan maar voor lief. Ons mooie gesprek wordt onderbroken door een processie met een beeltenis van Johannes de Doper, die aan ons voorbijtrekt, begeleid door een muziekkorps en een heuse bisschop.

Voor Johanna en mij is het inmiddels tijd om naar het restaurant te gaan waar we een tafeltje hadden besproken. Hoewel de Wandelclub van een week geleden inmiddels naar huis is, namen we maar liever geen risico. Onder het genot van een bescheiden (half) flesje Chianti Classico, met zwarte haan en al, zetten wij onze onderlinge ontmoeting voort met beschouwingen over onze toekomstige agenda’s. Het halve flesje wordt een hele fles...

Moe maar voldaan vatten wij snel de slaap. Het is, dat we een uur later gewekt werden door luid geknal van het vuurwerk dat de festiviteiten afsloot, en ik weer klaarwakker was, anders zou deze blog veel korter zijn geweest...

Het is nog twee dagen lopen naar Rome.

Foto’s

2 Reacties

  1. Sophie:
    30 augustus 2018
    .... en had je ook nog geen hotel in Rome kunnen bespreken, begrijp ik nu. ;-)
    En nu ik dit schrijf om 15.45 uur: nog maar 1 dag lopen naar Rome!
  2. Wim Jacobs:
    30 augustus 2018
    Ben benieuwd hoe het straks in de echte wereld weer zal gaan.