Van Champagne naar Bourgogne

19 juni 2018 - Autet, Frankrijk

Als herboren, het is eerder gezegd, verlieten we zondagochtend 17 juni, na een verkwikkende kop koffie, een cafeetje in Langres voor het vervolg van onze tocht. We zouden definitief de Champagnestreek achter ons laten.

We liepen de stad uit en na een kilometer zagen we direct wat het betekent aan de randen van de samenleving te lopen. We passeerden een zigeunerkampje. Grappig hoe die mensen hun caravans inpakken met een groen gaasnet als bescherming tegen schijtende vogels. Toen we het kampje voorbij waren, kwamen twee mannen ons druk pratend tegemoet. Zeker een ommetje gemaakt, dachten we. Even verder, na een bocht in de landweg die het routeboek ons liet lopen, zagen we wat het doel  van hun uitstapje was geweest: hier was midden op het pad het “toilet” van het kamp en we moesten opeens slalommen tussen de menselijke uitwerpselen door. Maar het moet gezegd, er lag steeds wel netjes een stuk toiletpapier bij! Even verder konden we op een aangenamer manier van de natuur genieten bij een wilde kersenboom. Een paar weken geleden smaakten de kersen langs de weg nog zuur, maar nu beginnen ze lekker zoet te worden. Het landschap wordt bosrijk en heuvelachtig. Vandaag gaan we over de heuvel waar de rivier de Marne ontspringt. Af en toe krijgen we gezelschap dat over het asfalt met ons meeloopt. We waren al eens een slak tegen gekomen, maar nu zien we ook een rups, een tor en een sprinkhaan. Gezellig, maar ze zullen geen van allen Rome bereiken.

Na Langres zijn de etappes gemiddeld een stuk korter. Bij de lunchpauze zijn we al in Le Pailly, een paar kilometer voor de Gite in Les Archots waar we zullen overnachten. Het dorpje Le Pailly heeft een mooi kasteel in Renaissance-stijl, en we besluiten mee te doen aan een rondleiding buiten en binnen het kasteel. Johanna was speciaal geinteresseerd in een expositie van kostuums uit de bloeitijd van het kasteel. In een zaaltje, het enige waarvan de restauratie klaar was, stonden wat kale poppen zonder hoofd, aangekleed met wat ondergoed uit oude tijden. Toen Johanna vroeg wat hiervan de betekenis was, vertelde de gids zonder blikken of blozen dat, hoewel de expositie al ruim een week geleden was geopend, de inrichting van de tentoonstelling nog niet klaar was: Johanna was verbijsterd!

Stroomt de Marne nog richting Noordzee, maandag 18 juni kwamen we terecht in de heuvels van de Haute-Saone, genoemd naar de bekende rivier die via de Rhone afstroomt naar de Middellandse Zee. De Haute-Saone is een departement dat deel uitmaakt van de Franche-Compte, een landsdeel dat onlangs is samengevoegd met de Bourgogne. Wie denkt dat hier al de Bourgogne-wijn wordt verbouwd, heeft het mis. We hebben een fles wijn met de naam Champlitte geproefd, maar de smaak was niet om over naar huis te schrijven, en dat doe ik dan ook niet. Op weg naar het stadje Champlitte liepen we, af en toe opnieuw onderbroken door een heerlijk kersen-hapje, door een lieflijk heuvelachtig landschap, met kerktorens waarvan de spits ineens meestal uivormig is. Soms stond de deur van een kerkje open, en dan vielen ons tussen alle mooie versieringen twee dingen op: de kolossale kachels en steeds weer een strijdbaar beeld van Jeanne d’Arc, oftewel de Heilige Johanna, waar Frankrijk zo trots op is.

In Champlitte kwamen we maandagmiddag weer aan op een camping. Heel klein, maar met alle voorzieningen die wij als pelgrims nodig hebben: wasmachine, droogtrommel, eten, drinken, aardige mensen, en ook hier kwamen we, net als gisteren in Les Archots, onze Franse medepelgrim Elisabeth weer tegen. De periode van slecht weer leek voorbij, het werd warmer. Dat voelden we goed op de, ook vrij korte wandeling dinsdag de 19e juni, naar het dorpje Autet. In Autet, wisten we, is niets te krijgen, dus hebben we onderweg in het stadje Dampierre-sur-Salon, warm gegeten en ook proviand ingeslagen bij een grote Colruyt-winkel. In Autet wachtte ons een bijzondere ervaring. Er is daar een strandje aan de Saone, die daar breed langs stroomt. Naast dat strand ligt een veldje waar op aanvraag pelgrims mogen kamperen. Bij de Mairie hadden we dus telefonisch om de sleutel gevraagd van het sanitairgebouwtje. We mochten ons alvast installeren, en precies om 5 uur kwam een gemeenteambtenaar aangefietst om de sleutel van WC en washok te brengen, enkele administratieve handelingen te verrichten en onze bijdrage van € 5 te incasseren. Dat is nog eens klantvriendelijk! En dan kwam hij de volgende ochtend om acht uur nog weer langs fietsen om te vragen of het allemaal goed gegaan was! (Hij moest eens weten, dat de sleutels uit mijn broekzak door de vlonder waren gevallen, en we als door een wonder met behulp van een dun takje deze er weer uit hadden weten te vissen!) We beleefden een bijzondere nacht, in totale verlatenheid, met kilometers om ons heen geen levende ziel, op wat koeien en muggen na. Door het ontbreken van kunstlicht in de wijde omgeving was in deze maanloze nacht de sterrenhemel het enige dat helder en duidelijk te zien was. Zelfs de tent moest je op de tast zoeken. En dan die stilte, wat hebben we lekker geslapen!

Foto’s

5 Reacties

  1. Elly Munsters:
    22 juni 2018
    Met de franse slag dus!

    Fijne voortzetting van de reis.
    Jullie hebben al veel moois gezien onderweg.


    Salutations,

    Elly
  2. Theo Tromp:
    22 juni 2018
    Heerlijk die kleine parkeerplekken.
    Roept herinneringen op van Chemin St. Jacques in Frankrijk.

    Bone route.
    Theo
  3. Wim Jacobs:
    22 juni 2018
    Schitterende straat daar. Probeer de lokale wijnen
  4. Marieke:
    22 juni 2018
    Geweldig! Goeie reis verder.
  5. Elly Munsters:
    22 juni 2018
    Alleen op de wereld!

    Had laatste stuk niet gelezen.
    Was gestopt bij de directoires.

    gr.

    Elly